Hoe mijn dochter vandaag een harde sociale les leerde

Vanochtend was het drama thuis. Het begon allemaal toen ik een klein, schattig boodschappentasje tevoorschijn haalde. Het was mijn bedoeling daar de school-lunch voor mijn vierjarige dochter in te stoppen.

Maar daar stak ze een stokje voor. Een hysterisch stokje wel te verstaan. Want zodra ze het tasje zag, reageerde ze alsof ik een guillotine tevoorschijn haalde. Ze begon keihard te huilen en probeerde van alles om te voorkomen dat ik háár eten in dát tasje zou stoppen.

Het gekke was, gisteren ging ze er blij mee naar school. Ik had het meegegeven, omdat het rugzakje dat ze normaal bij zich heeft in de was zat. Vanochtend was dat rugzakje nog niet helemaal droog. Vandaar dat ik het boodschappentasje nog een keer wou meegeven.

Wat was hier aan de hand?! 

Door haar tranen heen maakte ze duidelijk dat ze gisteren was uitgelachten toen haar klasgenoten het boodschappentasje zagen. De juf had direct ingegrepen en het incident in de groep besproken. Maar de sociale les was al geleerd:

 

Je past je aan, of je wordt afgewezen.

En afwijzing… dat doet pijn. Heel veel pijn.

Het triggert een doodsangst in ons oerbrein. Bang om verstoten te worden. Een angst die heel vroeger, in de tijd dat wij nog op de Savannen rondrenden, heel reëel was.

In die tijd had je de groep, jouw stam, nodig om te overleven. Stond je er alleen voor, dan was de kans groot dat je verhongerde of op het bord van een prehistorische beer belandde.

Dat afwijzing anno nu wat minder levensbedreigend is, heeft ons oerbrein niet meegekregen. Dat slaat alarm op het moment dat jij je niet geaccepteerd voelt. In het geval van mijn dochter: wanneer je wordt uitgelachen door een stel kleuter, omdat je geen rugzakje bij je hebt.

De meest directe oplossing?

Aanpassen. Geen boodschappentasjes meer. Vanaf nu alleen nog maar een ‘normaal’ rugzakje. Doen wat de groep accepteert en je zit veilig. Stap buiten die norm, en je gaat dood. Tenminste… dat is wat je oerbrein je wijsmaakt.

Je aanpassen aan de norm komt in allerlei vormen en maten en is op iedere leeftijd een ding. Misschien hoor jij lief te zijn. Of wat minder uitbundig. Moet je hard werken, netjes zijn, bescheiden. Of wat dan ook…

Wat ik probeer te zeggen: we passen ons constant aan. En iedere keer dat we dat doen raken we een stukje van onszelf verwijderd.

 

Is dat erg?

Nee hoor, op zich niet.

Zolang je weet wie je bent en wat je belangrijk vindt, is aanpassingsvermogen juist een hele mooie eigenschap. Zolang jij in staat bent terug te keren naar jezelf is er niets aan de hand.

Alleen wordt dat terugkeren een stuk lastiger wanneer je in een omgeving zit waarin je nooit jezelf kan zijn. Bijvoorbeeld op je werk of in een relatie. Het zorgt ervoor dat je jezelf kwijtraakt. Dat je niet meer weet wat echt belangrijk voor je is. Of leuk. Of vervelend. Je herkent je eigen grenzen niet meer, laat staan dat je ze kan verdedigen.

Herken je dat bij jezelf? Dan is het tijd om in te grijpen. Niet makkelijk, maar zeker de moeite waard. Want dit kost bakken met energie en echt gelukkig word je er niet van.

 

Het leven hoort goed te zijn

Gebruik je energie liever om een omgeving te vinden die bij je past zoals je bent. Een omgeving met mensen die jou accepteren in plaats van afwijzen. Mensen zoals jij. Je eigen ‘stam’ om mee te lachen, janken en brullen. Om je leven mee te delen en er voor elkaar te zijn. Dat verdienen we allemaal, want we zijn allemaal belangrijk.

Bedrijfsgegevens

KvK: 66829062
btw-id: NL001580988B14